BLOEMPJES

van Sint Franciscus


HOOFDSTUK 6

Hoe Sint Franciscus broeder Bernard zegende alvorens te sterven

De heiligheid van broeder Bernard was van dien aard dat Sint Franciscus er altijd groot respect voor toonde en er vele malen prijzend over sprak. Op een dag was Sint Franciscus vroom aan het bidden, toen God hem openbaarde dat broeder Bernard met goddelijke toestemming zou moeten verduren dat de duivels vaak felle gevechten zouden leveren in zijn binnenste om zijn geest eronder te krijgen. Daarom had Sint Franciscus een groot medelijden met hem, aangezien hij van hem hield als van een zoon. En Sint Franciscus bad dagenlang met tranen in de ogen tot God voor broeder Bernard, hem toevertrouwend aan Jezus Christus, opdat hij de overwinning zou behalen in zijn gevecht met de duivel. Op een dag was hij weer met dezelfde toewijding aan het bidden, toen de Heer God hem antwoordde:

Ben maar niet bang, Franciscus, want alle beproevingen waarmee broeder Bernard geplaagd zal worden zijn door God toegelaten tot oefening van zijn deugd en opdat hij de nodige verdiensten zal verwerven om zijn kroon te ontvangen. En op het einde zal hij op al zijn vijanden de overwinning behalen, want hij is een van de degenen die mee aan tafel zullen zitten in het rijk van God. Dit antwoord maakte Sint Franciscus heel blij, en hij zei dank aan God. En vanaf dat moment gevoelde hij meer en meer liefde en respect voor broeder Bernard.

En dit liet Sint Franciscus broeder Bernard ook goed merken, niet alleen gedurende zijn hele leven maar ook in het uur van zijn dood. Want Sint Franciscus was al bijna dood toen hij een visioen had waarin hij zag hoe de aartsvader Jacob, omringd door zijn zonen die hartverscheurend huilden om het naderend verscheiden van hun zo geliefde vader, vroeg: Waar is mijn eerstgeborene? Kom dichterbij, mijn zoon, dat ik je kan zegenen met hart en ziel voordat ik sterf.

Broeder Bernard fluisterde toen in het oor van broeder Elias, die vicarius van de Orde was: Vader, ga bij de rechterhand van de Heilige Franciscus zitten, zodat hij je kan zegenen. En broeder Elias ging bij de rechterhand van Sint Franciscus zitten, die blind was door de overvloed aan tranen die hij gedurende zijn leven vergoten had. Sint Franciscus legde dus zijn rechterhand op het hoofd van broeder Elias, en zei: Dit is niet het hoofd van mijn eerstgeboren zoon broeder Bernard. Broeder Bernard kwam dan nader en ging aan de linkerhand van Sint Franciscus zitten. Maar Sint Franciscus kruiste de handen, en legde de rechterhand op het hoofd van broeder Bernard en de linker op het hoofd van broeder Elias, en hij sprak tot broeder Bernard:

Moge de Vader van onze Heer Jezus Christus je zegenen met alle geestelijke en hemelse zegen, want jij bent de eerstgeborene en eerstverkorene in deze heilige Orde, om een evangelisch voorbeeld te geven in de navolging van Christus door middel van de evangelische armoede. Want niet alleen heb je al je bezittingen vrijwillig aan de armen gegeven uit liefde tot Christus, maar ook heb je jezelf aan deze Orde gegeven als een offer van zachtmoedigheid. Ontvang dan van onze Heer Jezus Christus en van mij, zijn arme dienaar, de altijd voortdurende zegen in wandelen en rusten, in waken en slapen, in leven en dood. Alwie jou zegent zij zelf gezegend, en alwie jou vervloekt blijve niet ongestraft. Ben de leider van je broeders, en laten zij allen gehoorzamen aan jouw gezag. Houd het gezag om kandidaten in de Orde aan te nemen en om eruit te zetten alwie je wil. Laat geen andere broeder macht over je uitoefenen. En behoud zelf de vrijheid om te gaan en staan waar je wilt.

Na de dood van Sint Franciscus schonken de broeders hun liefde en respect aan broeder Bernard als hun eerbiedwaardige vader. Toen deze zelf op sterven lag, kwamen vele broeders van overal in de wereld naar zijn sterfbed. Onder hen was ook die engelachtige en goddelijke broeder Gilles, die bij het zien van broeder Bernard met blijdschap tot hem zei: Sursum corda, broeder Bernard, sursum corda! En de heilige broeder Bernard droeg in stilte aan een broeder op dat hij voor broeder Gilles een verblijfplaats zou inrichten die geschikt was voor gebed en beschouwing; hetgeen die broeder dan ook deed.

En in het laatste uur voor zijn sterven liet broeder Bernard zich helpen om rechtop in bed te zitten, en hij sprak in deze laatste momenten tot de broeders die daar aanwezig waren: Mijn liefste broeders, ik heb u niet veel te zeggen; maar ik wil jullie eraan herinneren dat jullie hetzelfde religieuze leven leiden dat ikzelf geleid heb; en op een dag zullen jullie je in dezelfde toestand bevinden als ik nu. En ik zeg jullie wat ik voel in mijn gemoed, dat ik niet zou willen, voor geen duizend werelden als deze, dat ik zou hebben verzaakt aan de dienst aan onze Heer Jezus Christus en aan jullie. Ik smeek jullie dan, liefste broeders, dat jullie elkander liefhebben.

Na deze woorden en andere onderrichtingen ging hij weer languit op zijn rug in bed liggen, en zijn gelaat scheen erg glanzend en verheugd, zodat alle broeders zich erover verwonderden. Even blij ging zijn allerheiligste ziel met een kroon van roem van het huidige leven naar het gelukzalige leven van de engelen. Tot lof en eer van Christus. Amen.